1929-1940
De economie op Voorne-Putten en Rozenburg was na de Eerste Wereldoorlog langzaam opgekrabbeld. De crisis deed alle investeringen weer teniet en veel mensen raakten werkloos. In de jaren twintig leefde de economie op Voorne weer op. Naast toerisme nam vooral de tuinbouw een hoge vlucht. Door de vele zonuren en vruchtbare grond bleek de streek uitermate geschikt voor glastuinbouw.
In Rockanje was in 1906 de Proeftuin opgericht om de tuinbouw te bevorderen. De Proeftuin trachtte fruit- en groenterassen door veredeling te verbeteren, verrichtte onderzoek naar optimale bemesting en verstrekte zaden en stekken. De handel in tuinbouwproducten werd bovendien verbeterd door het oprichten van veilingen. De tuinbouw groeide uit tot een miljoenenbedrijf dat voor veel werkgelegenheid zorgde. Men droomde van een glazen stad op Voorne. In de kassen rond Brielle, Vierpolders, Oostvoorne en Rockanje werden voornamelijk druiven en tomaten geteeld, maar ook komkommers, sla, peen en bloemen werden steeds populairder. De meeste producten gingen naar Duitsland. De veelbelovende toekomst werd echter in de knop gebroken door de gevolgen van de beurskrach van 1929. De economie kromp behoorlijk en bedrijven moesten werknemers ontslaan of gingen failliet. De telers bleven met hun producten zitten door de importbeperkingen die Duitsland instelde om de binnenlandse markt te beschermen. De hoop was dat de depressie van tijdelijke aard zou zijn, zodat er in de eerste jaren nog fors werd geïnvesteerd. Zo werd de Brielse veiling in 1929 uitgebreid en in 1930 werd in Brielle de Land- en Tuinbouwschool opgericht. De droom van een glazen stad viel door de crisis volledig in duigen. De Proeftuin ging bijvoorbeeld in november 1936 failliet. Overal steeg het aantal werklozen snel: de arbeidsbemiddeling in Spijkenisse telde in 1930 nog 35 werkzoekenden, in 1931 schoot dat aantal omhoog naar 306. Om te bewijzen dat ze niet stiekem werkten moesten de steuntrekkers dagelijks naar het stempelkantoor. Deden ze dat niet, dan verloren ze hun uitkering. Er kwamen grootschalige werkverschaffingsprojecten. Werklozen moesten wateringen verbreden en uitdiepen en wegen verbeteren. De Centrale voor Werkloozenzorg opende op 1 augustus 1935 het Werkkamp De Schaapskooi, gelegen in de duinen tussen Rockanje en Oostvoorne. Eén van de eerste projecten was het uitgraven van het natuurreservaat Het Breede Water. Na uitdiepen van het meertje veranderde het weer in een belangrijk natuurgebied voor watervogels en zeldzame planten.
Geachte M.
Het gaat over mijn vader Anthonie, Cornelis, Harte, geb. 28 nov. 1912. Ik bezit een bijbeltje met namen van personen die in de periode 20 september t/m 23 november 1935, werkzaam zijn geweest in het werkkamp de Schaapskooi. De namen zijn F.J. Loutje, P. Nauta, H. Ruys, D.J.M. Snoek, de Deugd, C.J.J. Witteveen, C. de Bakker, Lengkeek, H.Dijkman, A.J. Boot, Boon, G. de Graaf. Totaal 20 namen, andere namen zijn door mij niet te lezen. Ik bezit ook 3 foto’s van personen, uit die periode.
Indien er belangstelling is voor deze foto’s, horen wij dat graag en misschien kan u ons verder helpen met nog meer gegevens uit die periode.
Met Vriendelijke Groet,
M.J.E. Zondervan-Harte