31 De Spijkenisserbrug

31

1900-1906

De aanleg van een tramlijn naar Voorne-Putten vereiste de bouw van de Spijkenisserbrug. De eilanden waren voortaan niet alleen per boot, maar ook met de tram en auto bereikbaar. Om het eiland te verlaten waren de bewoners van Voorne-Putten tot het begin van de twintigste eeuw aangewezen op de vele veerdiensten die verbindingen met het vasteland onderhielden.

Voorne-Putten lag niet zo geïsoleerd als weleens wordt beweerd, maar het scheepsverkeer was kwetsbaar. Door storm, sterke getijstromen en dichtgevroren havens raakte de dienstregeling nogal eens in de war. En dat terwijl de markt steeds meer eisen begon te stellen aan snelle en vooral tijdige leveringen. Boeren kwamen steeds eerder in de problemen als ze hun landbouwproducten niet volgens afspraak naar handelaren of de veiling in Rotterdam konden brengen. De vrees dat het ontbreken van een verbinding met het vasteland de economische positie van Voorne-Putten al te zeer aantastte, leidde tot de wens dat er een brug en een aansluiting op het landelijke treinnetwerk kwam. De Rotterdamsche Tramwegmaatschappij bood uitkomst, want het vervoersbedrijf wilde een tramlijn aanleggen dat aansloot op dat van Rotterdam. Het plan voor een directe verbinding met Rotterdam en het goed uitgekiende tracé waardoor de meeste dorpen werden ontsloten, werd enthousiast door de bevolking begroet. Het plan omvatte mede de aanleg van de Spijkenisserbrug, zodat Voorne-Putten een vaste oeververbinding kreeg. Na Spijkenisse splitste de tramlijn zich. De zuidelijke lijn bracht reizigers via Zuidland en Oudenhoorn naar Hellevoetsluis, met als eindpunt de Veerhaven waar het veer naar Middelharnis vertrok. De noordelijke lijn liep langs Geervliet, Heenvliet, Zwartewaal en Brielle naar het eindpunt: het strand van Oostvoorne. Er werden begrotingen opgesteld, onteigeningen voorbereid, tekeningen uitgewerkt en technische oplossingen bedacht om de in totaal veertig kilometer spoorlijn te kunnen aanleggen. Vanaf 1901 werd op talloze plekken gewerkt aan het opwerpen van taluds en het aanleggen van tientallen duikers en bruggen die nodig waren om de vele sloten en wateringen te overbruggen. Veruit het grootste project was de bouw van de Spijkenisserbrug over Oude Maas. Tussen 1900 en 1904 werd de enorme klus geklaard. Nadat er een jaar was besteed aan de grondwerken, werd er twee jaar gesleuteld aan de ijzeren constructie. Op 1 oktober 1904 passeerde de tram voor de eerste keer de Spijkenisserbrug. Vanaf 1 november 1905 reden de trams naar Hellevoetsluis en een jaar later vond de opening van de tramlijn naar Oostvoorne plaats.

1 reactie op “31 De Spijkenisserbrug

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *