R. Dijkxhoorn
Door: Kees van Rixoort
Luctor et emergo. De strijd tegen het water is een strijd van eeuwen. Het water, in wezen een goede vriend, kon verwoestend en zonder genade toeslaan. Dijken konden de golven niet altijd keren en hele stukken land - vruchtbare polders met boerderijen en nederzettingen – moesten worden prijsgegeven. Doorgaans kwam het water uit het westen, voortgedreven door hevige winden. Maar er is in ieder geval één uitzondering: het water dat in 1944 over Voorne kwam. Dat water kwam uit het oosten. In 1944 zetten de Duitsers de polders onder water. Het Derde Rijk stond er niet rooskleurig voor en de vrees voor geallieerde acties was meer dan gerechtvaardigd. Door het land te inunderen dachten de Duitsers een stokje te steken voor de landing van vijandige vliegtuigen. In het najaar van 1944 stond meer dan de helft van het eiland onder water. Dorpen als Hekelingen, Nieuw-Helvoet en Oudenhoorn werden bijna volledig geëvacueerd. Vanuit Nieuw-Helvoet evacueerden 2146 mensen. Ze kregen onderdak in de omgeving – Brielle, Rockanje, Hellevoetsluis, Nieuwenhoorn en Oostvoorne – maar er was ook gastvrije opvang in verre oorden als Groningen.

‘Dijkshoorn’, na de oorlog speciaalzaak voor lingerie geworden (foto: Jur Snijders).